5.1 De matteermachine
Vroeger werden sigaren, door de sorteerders, op meer dan 100 kleuren gesorteerd omdat het toen belangrijk was dat de ‘spiegel’, de bovenste rij sigaren in het kistje, waarin de sigaren verkocht werden, allemaal dezelfde kleur hadden.
Bij de beoordeling van het dekblad voorafgaande aan de aankoop tabak, werd veel aandacht besteed aan de kleur van de tabak en aan de witte brand.
Om de natuur een handje te helpen werden in de jaren 50 en 60, sigaren van een laagje tabakspoeder voorzien, omdat de sigaren daardoor naast de prachtig wit askegel ook nog prachtig egaal van kleur werden. In die tijd werd het overgrote deel van de verkochte sigaren in Nederland gematteerd. Willem II heeft begin 60-er jaren een eigen nat-matteertechniek ontwikkeld en daarvoor bijbehorende matteermachines gebouwd. Die machines konden 600 sigaren/ minuut matteren. Ook de matteerstof, poeder van diversen soorten tabak, werd in een eigen ontworpen en gebouwde installatie samengesteld en bereid. Willem II is de grootste producent van gematteerde sigaren geworden.
5.2 De ‘snelringer’
De meeste sigaren werden in de jaren 50 en 60 geringd, van een ring voorzien. De machines die te koop waren konden 100 – 125 sigaren/minuut ringen.
Sigaren moesten voor het ringen geperst worden omdat ze anders in de verpakking zouden gaan rollen. Het persen van sigaren dat aanvankelijk gebeurde op persplankjes in pers-droogkasten, werd vervangen door persmachines die sigaren konden persen met een snelheid van 600 sigaren/minuut. In de markt waren er geen machines die sigaren konden voorzien van een ring met een snelheid van 600 per minuut. Daarom ontwierp en bouwde Willem II een ‘snelringer’ voor senoritasmodellen die ook 600 sigaren/minuut kan ringen. Deze machine was de ontbrekende schakel in ‘afwerkstraten’ waarin de sigaren van de compleetmachine, de ‘nat-los sigaren’, geperst, gematteerd, geringd en verpakt konden worden met een snelheid van 600 sigaren/minuut.
